Een kippenren inrichten

Wanneer je kippen houdt, zorg je voor een kippenren. Vrije uitloop in een ren is nodig, want kippen houden van actie. Ze scharrelen graag en je zult ze overdag meestal buiten zien. Maar waarmee dien je allemaal rekening te houden?

Grootte van de ren

De ruimte in jouw tuin bepaalt sterk wat je kunt doen met kippen. Een buitenruimte van 5 m² per kip is een minimum. Wanneer je de kippen een steeds groenblijvende en diervriendelijke kippenren wil geven, voorzie je in een oppervlakte van 10 tot 25 m² per dier. Dat lijkt veel, maar je mag de impact van het gescharrel in de winterperiode niet onderschatten. De grootte hangt ook af van factoren als de bodem, de aanplantingen en het kippenras.

Image

Veilige afsluiting

De hoogte van de omheining hangt sterk af van de kippensoort en omgevingsfactoren. Heb je rustige en niet opvliegende kippen, dan volstaat een eenvoudige afrastering met een minimale hoogte van 1,10 m tot 1,50 m. Bij kippen die gemakkelijk opvliegen (zoals krielen) zorg je beter voor een afsluiting van 1,80 m tot 2 m hoog. Let ook op voor vossen in de buurt.

Voor het houden van volwassen kippen volstaat zogenaamde schapendraad van 1,30 m hoog met een vrij ruime maaswijdte. Deze draad start beneden met een fijne maasopening van 5 cm hoogte die naar boven toe geleidelijk tot een opening van 15 cm. De breedte van de maasopening blijft gelijk.

Kippengaas met een maasbreedte van 2 tot 2,5 cm blijkt dan weer de ideale afrastering om onderaan (30 cm hoog) aan de omheining te bevestigen wanneer je kuikentjes wil of wanneer je kleine krielen zoals de Antwerpse baardkriel houdt. Kippengaas heeft de structuur van een honingraat, de gaas met openingen van maximum 2,5 cm houdt kleine kuikentjes binnen.

Maak het gezellig

Image

Meestal vertrek je van een bestaand stuk gazon, grasland of weide. Aan deze begroeiing hoef je bij de aanschaf van jouw eerste kippen niets te wijzigen. Als je van een akker of braakliggend stuk grond vertrekt, zaai je die in met een mengsel van verschillende grassen (bijvoorbeeld raaigras of kropaar). In winkels vind je deze mengsels als weidelandgras of voedergras.

Jouw kippenren hoeft geen verstopt hoekje te zijn. Je kunt de ren aan de buitenkant ‘aankleden’ en daarbij is rechtlijnigheid allerminst verplicht. Zet de gekozen planten in losse, vloeiende groepen voor de omheining. Je kunt verschillende planten kiezen: hoge en lage doorlevende planten en struiken die ongeveer de hoogte hebben van de omheining. Vooral frambozen, bramen en druiven komen in aanmerking.

Voor jouw kippen heeft groen meer dan één voordeel. Bomen en vooral struiken bieden schaduw en een heerlijk luierplekje op warme zomerdagen. Ook bij zachte regen kunnen de kippen onder de struiken schuilen. Hebben de struiken eetbare bessen dan is dat mooi meegenomen. Kruidachtige planten kunnen een welkome aanvulling betekenen op het gangbare menu. De kippen kunnen zo bovendien zelf hun kostje bijeen scharrelen.

Vermijd een modderpoel

Kippen hebben een grondige hekel aan water en modderpoelen. Modderpoelen en waterplassen in een kippenren zorgen voor geurhinder en kunnen broedplaatsen worden voor ziektekiemen. Kippen met modderpoten bevuilen de nesten de eieren. Ze krijgen koude poten in de winter, leggen niet meer en kunnen diarree oplopen.

Bij modderpoelen moet je zo spoedig mogelijk ingrijpen. Verhakseld hout strooien kan een goede en soms blijvende oplossing zijn. Een vochtminnende boom, zoals een wilg of els, in de buurt planten, kan een deel van de oplossing zijn. Deze zal in het groeiseizoen het overvloedige water helpen verdampen en via zijn wortelgestel voor natuurlijke drainage zorgen.