Hoe groot wordt jouw moestuin en welke groenten kies je? Dat hangt af van de vrije ruimte en tijd. Je kunt beter klein beginnen en jouw moestuin zo organiseren dat je deze later nog kunt vergroten.
Observeer jouw tuin
Heel belangrijk is een goede belichting. Kies daarom een zonnige plek in jouw tuin: liefst op het zuiden, eventueel op het zuidwesten. Slechts weinig groenten doen het goed op een schaduwrijke plek. Voorbeelden zijn aardbei, andijvie, selderij, snijbiet, rode biet en enkele tuinkruiden zoals kervel, citroenmelisse, pepermunt en tuinkers.
Observeer waar de zon in jouw tuin komt op 21 maart of 21 september en voor hoe lang. Rond deze periode zijn dag en nacht even lang. Zones met meer dan 6 uur zijn geschikt voor planten die volop zon vragen. Zones met 3 tot 6 uur zon noemen we halfschaduw en zones met minder dan 3 uur zon zijn schaduwrijk.
Hoe ziet de tuin er nu uit?
Vertrekken van blote grond
Je kunt meteen aan de slag en moestuinbedden en -paden maken. Moestuinbedden zijn gemiddeld 120 cm breed, moestuinpaden zijn minstens 30 cm breed.
Vertrekken van een gazon of perceel met onkruid
- Of je spit en raapt alle wortelonkruiden eruit. Dit is een snelle methode, waarbij je de bodemlagen eenmalig verstoort.
- Of je legt overlappende lagen karton en brengt er een laag mulch (zoals gras) of compost overheen. Wacht enkele maanden tot alles verteerd is. Dit is een langzamere en natuurlijkere methode, waarbij je de grond niet verstoort.
- Of je laat varkens een paar maanden jouw perceel bewerken. Zij halen er alle onkruid uit, tot en met de wortel.
Na voorgaande stappen kun je een jaar nul-teelt met onkruiddrukkende gewassen toepassen. Denk daarbij aan pompoen en aardappel.
Enkel een oprit, veranda of balkon?
Ook fijn! Je kunt heel wat groenten in potten en bakken kweken. Enkele tips:
- Gewone plastic potten zijn prima. Stenen bloempotten zijn zwaarder en waaien minder gemakkelijk om, maar ze drogen ook sneller uit. Je hoeft geen nieuwe potten te kopen: er zijn genoeg tweedehands bloempotten, emmers en plantbakken te krijgen.
- De pot moet zeker groot genoeg zijn. Tuinkers van 5 cm hoog is al blij met een ondiep schaaltje. Hoe groter de groente en hoe langer de teeltduur, hoe dieper en groter jouw bak mag worden. Een goede diepte voor de meeste groenten is 20 tot 30 cm. Courgettes hebben het liefst een pot van minstens 10 l.
- Een normale bloempot heeft al minstens één gat onderaan. Boor desnoods nog een paar flinke gaten in de bodem. In principe kun je nu meteen je pot vullen met potgrond. Toch is het beter om onderin wat potscherven, antiworteldoek (een geweven soort kunststof), jute of golfkarton te leggen, zodat het water uit de pot kan, maar de aarde in de pot blijft. Vooral grote gaten bedek je maar beter.
-
Zorg ervoor dat de grond wat vochtig is op het moment dat je zaait of plant. Zaai zuinig: als er staat ‘4 cm in de rij’, dan zaai je om de 4 cm precies één zaadje. Achteraf kun je nog uitdunnen of verplanten. Na het zaaien strooi je nog wat wit zand over de hele pot. Zo krijgen de zaadjes iets meer licht, en gaan ze niet snel last hebben van schimmelziekte.
Zorg voor jouw grond
- Spit of frees hoogstens één keer, bij de aanleg van jouw moestuin. Daarna nemen de bodembeestjes het over: zij zijn de echte bodemverbeteraars.
- Met een woelvork kun je jouw bedden ook losmaken. Goed voor de grond en voor je rug.
- De beste voeding voor planten is compost. Die is ook goed voor de bodembeestjes. Strooi een laagje van 2 cm compost op de grond. Mengen met de bovenste 5 cm van jouw grond mag.
Wat zijn makkelijke groenten?
Vergis je niet: wat je massaal in de winkel ziet liggen, is daarom niet makkelijk zelf te kweken. Veel groenten in de winkel zijn vooral makkelijk grootschalig te kweken en laten zich goed vervoeren en bewaren.
- Een aantal makkelijke groenten zijn: boon, snijbiet, radijs, sla (meeste types), vroege aardappel, pompoen/courgette, spitskool/koolrabi/boerenkool, rucola/tuinkers/raapsteel, pastinaak, snijselderij/koriander, rode biet, vroege wortel, tuinmelde, Nieuw-Zeelandse spinazie
- Groenten voor gevorderde tuiniers: tomaat/aubergine/paprika, meloen/komkommer, zomer- en late wortel, knolvenkel, rodekool/wittekool/bloemkool, ijsbergsla, witlof, ui/prei
Wanneer zaai en plant je?
- De meeste groenten zaai en plant je in maart, april en mei. Begin vooral niet te vroeg.
- Van de zomer tot de herfst kun je ook nog veel zaaien en planten: zo houd je jouw grond bedekt, en kun je nog langer oogsten.
- Een mooi overzicht vind je terug in onze moestuinkalender, die je gratis kunt downloaden. Er is ook een handige papieren versie beschikbaar die je kunt bestellen in onze webwinkel.
Zaai biologische zaadjes
- Natuurlijk wil je met de beste zaden starten. Biologisch, zaadvast zaad is niet met pesticiden behandeld, niet genetisch gemanipuleerd en je kunt er zelf gewoon nieuwe zaadjes van winnen als je dat wil.
- In het najaar organiseert Velt een samenaankoop van biologische zaden. Je kunt dan de grootste variatie aan groenten, kruiden, bloemen, kiemgroenten, pootaardappelen, paddenstoelen en plantgoed bestellen tegen de scherpste prijzen.