Stoofpeertjes zonder suiker

De bereiding van stoofpeertjes is supersimpel, je hebt alleen wat geduld nodig. Ik hou van peertjes in z’n geheel stoven. Dat ziet er feestelijk uit maar duurt wel iets langer. Als je sneller klaar wilt zijn dan kun je de peertjes schillen, in vieren delen en het klokhuis verwijderen. Wil je hele peertjes, schil ze dan peertjes en laat het klokhuis en het steeltje eraan zitten.

Vervolgens zet je de peertjes naast elkaar in een voldoende grote pan. Giet dan het sap erbij. Verdeel de specerijen tussen de peertjes. Breng het sap aan de kook en laat de peertjes dan een minuut 30 stoven. Giet vervolgens het citroensap erbij (als je van iets frisser houdt kun je iets meer toevoegen). Prik voorzichtig in een peertje om te kijken of deze al zacht is. Is dat het geval zet het vuur dan uit en doe de peertjes met het sap in een schone weckpot. Zijn de peertjes nog niet gaar laat ze dan nog even stoven. De stooftijd hangt heel erg af van de grote van de peertjes, het soort en hoe vers ze zijn. Je zult dus moeten controleren door te prikken. Als ze bijna gaar zijn kun je het vuur uitzetten en ze nog even in het warme kookvocht laten staan, dan garen ze ook nog na.

Je kunt ze direct warm eten bij een typisch herfstgerecht of als toetje met bijvoorbeeld bananenijs maar gekoeld zijn ze ook lekker.

Doordat er weinig suiker aan te pas komt zijn de peertjes beperkt houdbaar (bewaar ze in ieder geval in de koelkast).