Dahl met kokospannenkoekjes

Voorgerecht

Lunch

Ingrediënten

Voor de dahl (voor vier personen):

250 g gedroogde rode linzen
1 ui, in dunne ringen gesneden
3 tenen look, in dunne plakjes
5 cm gemberwortel, geschild en geraspt
3 kleine rode chilipepers
2 el olijfolie
1 tl zwart mosterdzaad
1 tl gemalen komijn
0,5 tl gemalen kurkuma
citroensap naar smaak
zout
fijngehakt korianderblad

Voor de kokospannenkoekjes:

500 g tarwebloem
100 g gedroogde kokos
50 g boter
1 ui
1 rode Spaanse peper
1,5 el zeezout
1 el bakpoeder
1 ei
200 ml water
olie om in te bakken

Bereiding

Voor de dahl:

Verhit de olie in een kookpan en stoof de ui en look. Voeg de chilipepers, de geraspte gember, kurkuma, komijn en mosterdzaadjes toe. Na enkele seconden hoor je ploffende geluidjes; dit zijn de mosterdzaadjes die open spatten. Stoof alles gedurende 10 minuten.

Spoel ondertussen de linzen met koud water tot het spoelwater helder blijft. Voeg ze toe aan het ui-kruidenmengsel en voeg eveneens 700 ml water toe. Breng op smaak met zout. Laat pruttelen gedurende 50 minuten.

Schep het schuim dat zich op het kookwater vormt regelmatig af. Er ontstaat een gladde, dikke soep. Voeg indien nodig extra water toe, want de linzen absorberen veel vocht. Voeg naar smaak citroensap toe.

Voor de kokospannekoekjes:

Meng de bloem samen met zout, bakpoeder en kokosdoor elkaar. Snijd de boter in blokjes en voeg ze toe aan de bloem. Kneed het deeg goed met je handen. Snipper de ui. Ontpit de peper en hak hem zeer fijn. Meng ui en peper door het deeg. Klop het ei los en roer het door het deeg. Doe het water erbij en meng en kneed tot je een grote bol hebt. Verpak deze bol in folie en laat minstens1 uur rusten.

Neem kleine stukken van het deeg en rol ze plat tot minipizza’s van ongeveer 10 cm doorsnede. Rolt het deeg niet gemakkelijk uit, voeg dan wat bloem toe. Bak in een hete koekenpan met wat olie de pannenkoekjes gaar. Dit duurt 4 à 6 minuten. De pannenkoekjes moeten een beetje bruin kleuren.