Momenteel is monocultuur het meest gebruikte systeem om aan landbouw te doen. Maar dat systeem heeft meerdere nadelen. Laten we eens kijken naar alternatieven. Wat dacht je bijvoorbeeld van voedselbossen?
Een voedselbos is kort gezegd een manier om aan landbouw te doen. Anders dan in de gangbare en de biologische landbouw, bestaat zo’n voedselbos uit meerjarige planten. Bovendien is het opgebouwd in meerdere lagen. Een voedselbos is een imitatie van een bos, met het verschil dat het zo eetbaar mogelijk is gemaakt.
Meerdere lagen

Een ‘gewoon’ bos telt meestal zeven lagen. Je hebt de grote bomen (ook wel eens de kruinlaag genoemd), de kleine bomen, de struiken en de vaste planten in de onderbegroeiing. Verder heb je de knollen onder de grond en de klimplanten in de lucht. ‘In een voedselbos boots je die gelaagdheid na en verwerk je er eetbare planten in’, zegt Velt-medewerker Frank Petit-Jean, gespecialiseerd in eetbare tuinen en buurtprojecten. Het doel is om het bos op meerdere manieren nuttig te maken voor de mens. Je kunt brandhout produceren, kiezen voor eetbare planten of voor planten met medicinale eigenschappen. Denk maar aan de meidoorn, die helpt voor bepaalde hartziekten.
Noten- of kastanjebomen kunnen in de kruinlaag. Daaronder komen de kleinere bomen, vaak fruitbomen. Naast appel- of perenbomen kunnen daar ook heel wat exoten terecht zoals een kaki. In de struiklaag past de olijfwilg. ‘Veel mensen kennen die niet’, zegt Frank. ‘Al is het een veelzijdige plant. Zo trekken de bloemen insecten aan en haalt de plant stikstof uit de lucht. Ideaal voor de bestuiving en bodemvruchtbaarheid.’
In de onderste laag vind je geen eetbare planten, wel hebben ze een andere functie. Ze houden de bodemvruchtbaarheid op peil of zorgen voor een goede waterdoordringbaarheid. ‘Ook dat is typisch voor een voedselbos.'
Afgekeken van de tropen
Een voedselbos is geen nieuw concept. In de (sub)tropen is het de traditionele manier om aan landbouw te doen. Ze kennen er het voordeel dat ze meerdere planten hebben die perfect in de schaduw gedijen. Koffie, bananen en cacao bijvoorbeeld. Daarnaast hebben ze meer licht dan wij. ‘Maar als het daar kan, kan het hier ook’, vindt Frank.
Bij ons is het verhaal van de voedselbossen recenter. Al heeft Nederland met zijn honderdtal initiatieven wel een grote voorsprong op Vlaanderen. ‘Dat is onder meer te wijten aan de opsplitsing van de landbouw- en natuursector in Vlaanderen’, legt Frank uit. Het is niet eenvoudig om die met elkaar te verzoenen. Het voedselbos is de plaats waar je dat wel probeert te doen. In Nederland is de overheid mee en wordt er volop getest. Daar kan Vlaanderen wat van leren.
Dat wil niet zeggen dat de bestaande Vlaamse voedselbossen niet de moeite waard zijn. Het voedselbos dat Bert Dhondt 15 jaar geleden in Nokeren startte, is dat zeker wel. Ook in Nevele is er een voedselbos in opbouw. Het gemeentebestuur, de Vierklaver – een instelling die zich inzet voor mensen met een beperking – en Velt werken er samen aan.
Voordelen en moeilijkheden

Voedselbossen zijn hier dus een jong gegeven. Er wordt nog volop mee geëxperimenteerd en dat gebeurt met vallen en opstaan. Maar willen we van het voedselbos een gangbaar landbouwsysteem maken dan zullen we onze eetgewoontes moeten aanpassen.
In een voedselbos heb je geen graan. Wel zijn er kastanjes. Ons brood zullen we dan van kastanjemeel moeten maken. Ook de groenten verschillen doordat een voedselbos uit meerjarige planten bestaat. Sla zal bijvoorbeeld plaats moeten maken voor iets als Turkse raket.
Een voordeel, voedselbossen zijn beter voor het klimaat. Houtachtige planten slaan namelijk meer koolstof op in de biomassa. De klassieke monocultuur van de eenjarigen en de planten die we doorgaans in onze tuin zetten, doen dat in mindere mate. Ook houdt een bos meer vocht bij. De bodem is beter bedekt, en dus beter beschermd tegen harde regen of uitdroging. Er is bovendien meer biodiversiteit. Een voedselbos is een ecosysteem dat, in tegenstelling tot een monocultuur, gecreëerd is naar het model van de natuur. Terwijl één plaag een volledige monocultuur kan vernietigen, is een bos door de diverse plantensoorten veerkrachtiger.
Zelf een voedselbos maken
‘In de vorige eeuw zette men vooral in op intensieve landbouw met veel energie-input. Dat brengt nadelen met zich mee die we nu pas zien en begrijpen. Het is jammer dat we niet vroeger met voedselbossen als landbouwsysteem zijn begonnen’, zegt Frank.
Beter laat dan nooit want ook jij kunt in je tuin een voedselbos(je) aanleggen. Hoe begin je nu aan jouw tuin van eden? Met een goed doordacht ontwerp! Maar dat is niet vanzelfsprekend. Tijd is een belangrijke factor. Je moet op voorhand weten wat je ieder jaar zult doen, waardoor je een vierdimensionaal ontwerp krijgt. Plannen, plannen en plannen: dat is de boodschap.
Staan je plannen op papier, dan kun je aan het echte werk beginnen: de aanplant. Werk van boven naar beneden en start dus met de grootste bomen. Die geven schaduw zodat schaduwplanten optimaal kunnen groeien. Let op, plant de bomen ver genoeg uit elkaar zodat de onderste lagen voldoende licht krijgen. In een eerste fase kun je daaronder een moestuin aanleggen. Die ruil je gaandeweg in voor struiken.
Een voedselbos vraag dus wel wat inspanning en planning om aan te leggen. ‘Maar zodra het er is, houdt het zichzelf grotendeels in stand’, zegt Frank. ‘Op termijn heb je er dan ook minder werk aan. Een bos heeft ook amper mest of compost nodig, want het maakt zichzelf vruchtbaar. En geef toe, het is gewoon een zaligheid om in een bos te vertoeven.’